Luchtvervuiling (fijnstof)

Luchtvervuiling is niet een van de grootste risicofactoren, maar verdient hier toch een plaats omdat bijna iedereen ermee te maken krijgt. Hoewel het een klein risico betreft, verhoogt luchtvervuiling toch de kans op een hartziekte.

Bij bijzondere weersomstandigheden (zon of mist) kan de luchtvervuiling haast tastbaar worden in de vorm van smog. Luchtvervuiling is in de eerste plaats schadelijk voor de longen en in veel mindere mate voor hart en vaten, overigens vooral voor mensen met een hartziekte of slechte longen en in mindere mate voor gezonde mensen.

Luchtvervuiling kan bestaan uit gassen (ozon, stikstofdioxide) of fijnstof. Het verkeer en de industrie zijn grote, maar niet de enige boosdoeners. Ook een natuurlijk verschijnsel zoals vulkanische activiteit kan een risico vormen. Doorslaggevend is vaak de grootte van de fijnstofdeeltjes. Hoe kleiner de deeltjes, hoe groter de kans dat het fijnstof via de longen doordringt in de bloedsomloop. De meest voorkomende vorm van luchtvervuiling is waarschijnlijk tabaksrook. Niet alleen roken, ook meeroken vergroot het risico op een hartziekte.

Luchtvervuiling Als gevolg van de luchtvervuiling tijdens 'The Great Smog' in Londen stierven
duizenden mensen. In de stad ontstond een tekort aan doodskisten.

The Great Smog

Van 5 tot 9 december 1952 ging Londen gebukt onder weersomstandigheden die zich sindsdien nooit meer hebben voorgedaan. De mist was zo dik dat mensen hun eigen voeten niet meer konden zien. Het was koud en de kachels werden flink opgestookt. Uit de schoorstenen kwam een dikke zwarte walm, want de kachels brandden toen op steenkool. Een ooggetuige zei later dat hij het gevoel had dat ‘iemand een berg autobanden in de fik had gestoken’. Duizenden mensen stierven aan hart- en longziekten, een ramp die later bekend zou worden als The Great Smog. Een ramp als deze zal zich vanwege het verdwijnen van steenkool als brandstof waarschijnlijk niet meer voordoen, maar The Great Smog blijft een symbool van het gevaar van luchtvervuiling.

Volgens de artsen van die tijd was de doodsoorzaak van veel mensen zuurstoftekort in het bloed, veroorzaakt door longen die verstopt raakten door infecties. De longproblemen hielden niet op toen de smog verdween en weken later waren de sterftecijfers nog altijd hoger dan normaal. The Great Smog is een voorbeeld van een acuut gevaar, maar luchtvervuiling kan ook een subtieler gevaar op de lange termijn vormen.

Fijnstof

Fijnstof is een verzamelnaam voor deeltjes die klein genoeg zijn om langs het afweersysteem in de luchtpijp en de longen te glippen. In de luchtwegen bevinden zich kleine haartjes die deeltjes groter dan ongeveer 10 micrometer tegenhouden. Alle deeltjes die de afweer passeren zijn schadelijk, maar sommige meer dan andere. Fijnstof uit verbrandingsmotoren wordt tot de meer schadelijke soort gerekend, stof van een zandweg lijkt minder schadelijk. Fijnstof kan uitgestoten worden door bijvoorbeeld vliegtuigen, motorvoertuigen, industriële complexen, landbouw, sloop van gebouwen, bosbranden en landbouwactiviteiten. De allerkleinste deeltjes – kleiner dan 2.5 micrometer –dringen via de longblaasjes door in het bloed, waar ze een rol spelen in het sluipende proces van slagaderziekte. Het mechanisme daarachter is niet helemaal duidelijk. Mogelijk bevorderen de kleine deeltjes de vorming van bloedpropjes, die een kransslagader kunnen afsluiten en zo een hartinfarct veroorzaken.

Gassen

Als op een zonnige dag in de zomer een smogalarm wordt afgegeven, is dat waarschijnlijk door een verhoogde ozonconcentratie in de lucht. Ozon is een giftig gas dat ontstekingen in de longen veroorzaakt, waardoor de longen minder zuurstof opnemen en het zuurstofgehalte in het bloed daalt. Het gas heeft een scherpe geur en leidt al snel tot hoesten en irritatie van de ogen.

Ook stikstofdioxide is giftig en herkenbaar, niet aan de geur maar aan de roodbruine kleur. Blootgesteld worden aan dit gas kan ook tijdens een smogalarm in de winter. Stikstofdioxide is zwaarder dan lucht en waar het blijft hangen is het zichtbaar als een bruinige waas. Het gas wordt geproduceerd door industrie en verbrandingsmotoren, maar ook door natuurlijke verschijnselen als bosbranden en bliksem. Stikstofdioxide vermindert de longfunctie maar het effect op hart en vaten is minder duidelijk.

Meeroken

Meeroken, dus in een ruimte vertoeven waar gerookt wordt, verhoogt het risico op een hartziekte. Daarom is in Nederland het roken op de werkplek, in de horeca en in openbare ruimtes verboden. Het effect van een rookverbod in openbare ruimtes is vaak al snel meetbaar door een afname van het aantal hartinfarcten op de Eerste Hulp van de ziekenhuizen in de buurt.